landschappen in Europa.

1. Natuur- en cultuurlandschappen in Europa.

In Europa komen zowel cultuurlandschappen als natuurlandschappen voor.

Voorbeelden van natuurlandschappen zijn :
toendralandschappen, taigalandschappen, boslandschappen, steppelandschappen, kustlandschappen en gebergtelandschappen,

Voorbeelden van cultuurlandschappen zijn : stedelijke landschappen, landbouwlandschappen, industrielandschappen, toeristische landschappen.
Deze landschappen komen naast elkaar voor : ze zijn verweven met elkaar zoals de lappen van een lappendeken. Door deze verwevenheid zijn onze Europese landschappen erg verscheiden : in Noord- en Zuidoost-Europa wisselen de landschappen elkaar weinig af : er is weinig verscheidenheid. Meer naar Zuid-Europa neemt de verscheidenheid toe.

2. Toeristische landschappen.

We hebben verschillende toeristische landschappen leren kennen :
natuurtoerisme, cultuurtoerisme, kusttoerisme, pretparktoerisme en wintersporttoerisme.

Als wij vakantieplannen maken zullen we ons steeds een aantal vragen stellen over de streek die we willen bezoeken : "Is het een mooie streek ?", "is het er mooi weer ?", "kan ik er mijn geliefde sport beoefenen ?", "is het eten er lekker ?", "kan ik het gebied gemakkelijk bereiken ?", "zijn er goede hotels of vakantiehuizen, campings ?"....
Dit zijn de aantrekkingsfactoren van een toeristische streek.
  1. Natuurlijke aantrekkingsfactoren : reliƫf, klimaat, plantengroei.
  2. Menselijke aantrekkingsfactoren : architectuur, folklore, gastronomie...
  3. Begeleidende factoren : logies, bereikbaarheid, parkeermogelijkheden, horeca, ...
Hebben wij er al eens bij stilgestaan wat voor een enorme afvalberg wij jaarlijks achterlaten ?
Toerisme heeft ook een negatieve invloed :
  1. effecten op het landschap.
  2. effecten op het milieu : zeewater, bodem, afval...
  3. ecologische gevolgen : bosbranden, sneeuwlawines, bodemerosie.
  4. economische gevolgen : invloed op welzijn van de bewoners.



3. Landbouwlandschappen.




4. Industrielandschappen.